Zakelijk of onzakelijk, that’s the question!
Recent heeft de Rechtbank Den Haag zich mogen buigen over de vraag of een in 2015 overeengekomen rentepercentage van 9% op een lening voor de eigen woning zakelijk is (RBDHA:2018:10443). De lening is door de ouders verstrekt aan de zoon, maar er is geen zekerheid voor gesteld. De inspecteur stelt dat de rente onzakelijk is ondanks het gebrek aan zekerheid. Hij staat een renteaftrek toe bij de zoon van 4,5% en merkt de rest aan als een schenking aan de ouders. De rechtbank kan zich vinden in de stukken die de inspecteur heeft overgelegd. Hieruit blijkt dat in 2015 een rentepercentage van 3% gebruikelijk is bij een hypothecaire lening met een rentevaste periode van 15 jaar. Nu er geen sprake is van hypothecaire zekerheid acht de Rechtbank de door de inspecteur gehanteerde rente van 4,5% redelijk. Saillant detail: de aangifte van de zoon is eerder afgehandeld dan de aangifte van zijn partner. In zijn aangifte is de renteaftrek niet aangepast, pas bij beoordeling van de aangifte van zijn partner gaat de inspecteur over tot correctie …